Rond het meer van Santa Croce

In week32 hebben we de (nogal wijde) omgeving van het lago di Santa Croce verkend. Het meer dat genoemd is naar het dorpje Santa Croce is bekend om de wind die meestal in de middag opsteekt, tot grote vreugde van veel wind- en kite surfers en zelfs windfoilers die met grote snelheid over het meer schieten. Gelukkig zijn er aparte delen gereserveerd voor zwemmers en vissers.

Een wandeling boven het Nevegal gebied ten oosten van Belluno leerde dat de op de bordjes aangegeven wandeltijden gelden voor geoefende alpinisten. Voor ons gold een verdubbeling, maar het bereiken van de Refugio A. Bistrot gaf veel voldoening. De afdaling via de bergrug bood een mooi uitzicht op het meer en onze camping.

De Stad Spilimbergo is bekend om de fresco’s op sommige oude huizen en gebouwen en in de mooie Duomo. Vooral de route ernaartoe vonden wij erg boeiend.

Onze vouwfietsen zijn getest tijdens een fietstochtje stroomopwaarts naar het dorp Paiane, voor ons een hele ervaring.

Vanaf de Monte Pizzoc, (1450m.) gelegen tegenover de Nevegal hadden we een prachtig uitzicht over aan de ene kant de Povlakte (bij helder weer kijk je tot aan de lagune bij Venetië) en aan de andere kant de toppen van de Dolomieten in het noorden. De top is met de auto te bereiken via het enorme Conegliano bosgebied waar veel Italianen recreëren. Overigens zien we hier weinig bezoekers uit NL of uit onze buurlanden, ook op de camping verblijven voornamelijk Italianen.

Bij een rit naar Piancavallo aan de voet van de Monte Cavallo werden we door de auto navigatie langs een wel erg ruraal weggetje geleid, we waren blij met onze 4x4 Outlander. De berg deed zijn naam eer aan doordat de weg even werd versperd door paarden (cavalli) die echter na enkele aansporingen bereid waren ons door te laten. Het dorp Piancavallo is vooral georiënteerd op wintersport en is in de zomer een uitgangspunt voor wandelingen. Vanwege de aangename temperatuur hebben wij er een koffie gepakt op een terras en een uurtje gelezen onder een mooie boom.